De ziekenhuisomgeving
Vóór de opname is het meestal nodig dat de arts en ander verplegend personeel vragen stellen. Over leefgewoonten zoals bijvoorbeeld eten, slapen en gebruik medicijnen, de omgeving waarin je leeft en de voorgeschiedenis van je ziekte. Deze stortvloed aan vragen en informatie kan overweldigend zijn.
Omdat je niet weet wat je kunt verwachten, kan het ziekenhuis rumoerig en verwarrend zijn. Dat geeft stress en soms ook angst. Ook als je je best doet de situatie onder controle te houden, en het niet lukt, slaat de machteloosheid soms toe. Zoals in elke nieuwe situatie, is er tijd nodig om je aan te passen. In het begin zullen de artsen en ander verplegend personeel vreemden voor je zijn, maar als je een transplantatie krijgt of een andere behandeling waarbij je lang opgenomen bent, zal dat veranderen.
Ziekenhuisopnames kunnen zo plotseling zijn dat er voor de patiënten en het gezin weinig tijd overblijft om zich daar met elkaar geestelijk op voor te bereiden. Als je kind patiënt is, dan kan het moeilijk zijn dat je je kind niet kunt behoeden voor onaangename situaties en onderzoeken die gedaan moeten worden. Het valt menig ouder zwaar om mee te moeten maken. Als het kind oud genoeg is, kun je uitleggen waarom een onderzoek nodig is. Het is een taak van het verplegend personeel om patiënten over het nut van een onderzoek voor te lichten, en de ouder kan hen daarbij ondersteunen. Een pop of een knuffeldier kan gebruikt worden om een klein kind met de situatie vertrouwd te maken.
Niet alle behandelingen zijn ingrijpend of pijnlijk. Enkele medische handelingen – in het bijzonder een beenmergpunctie – gaan wel gepaard met pijn. Als een ingreep pijnlijk is, worden pijnstillers gegeven. Als de patiënt een kind is, kan het ziekenhuis vragen of een ouder bij het onderzoek aanwezig wil zijn. Soms wordt echter door het ziekenhuis bepaald dat een ouder tijdens onderzoeken niet aanwezig mag zijn. In ieder geval is het belangrijk dat de ouder in aansluiting op het onderzoek aanwezig is om het kind het gevoel van zekerheid te geven. Het kan voor een kind beangstigender zijn de ouders tijdens het onderzoek zichtbaar ontdaan mee te maken, dan het onderzoek zelf te ondergaan. Daarom is het belangrijk op dat moment sterk te zijn en het kind een gevoel van geborgenheid te geven.
De regels voor het geïsoleerd verplegen ter bescherming van de patiënten kunnen per ziekenhuis verschillen. Het is de bedoeling de patiënt binnen een schone ruimte een plaats te bieden waar hij /zij met lage bloedwaarden kan verblijven. De familie en het bezoek kunnen dan op aanwijzing van het verplegend personeel bijvoorbeeld een beschermende schort van papier over de kleding en een mondkapje moeten dragen. Dit kan eerst vreemd zijn, maar je zult snel gewend raken.
Vraag naar de regels voor het bezoek. En ook of je bloemen, planten en spulletjes van thuis mee mag brengen.